René Smeets In 1942 neemt René Smeets op verzoek van directeur George Goossens, de artistieke leiding op zich van de sierkeramische werkplaatsen van Russel-Tiglia. Zijn aandachtsgebieden zijn de ontwikkeling van Tegels bont, de driekleuren- en engobetechniek, een verdere studie van keramiek en teken- en ontwerplessen voor medewerkers. Als hij naar Tegelen komt, heeft René Smeets al een lange staat van dienst met studies in Amsterdam, Parijs en Düsseldorf, studiereizen naar Frankrijk met Matthieu Wiegman en diverse kunstprojecten in opdracht. Ook heeft hij contacten met Charles Eyck met wie hij halverwege de jaren dertig terug naar Limburg kwam. Vanaf die tijd had hij een eigen atelier in Ottersum. Naast zijn kunstenaarschap is René Smeets dan al organisatorisch actief voor de kunstambachten; zijn aanstelling bij Russel-Tiglia is daarop een logisch vervolg. In 1950 wordt hij benoemd tot directeur avondacademie van de Kunstnijverheidsschool in Eindhoven. In deze tijd legt hij de grondslagen voor de Academie voor Industriële Vormgeving (tegenwoordig de Design Academy), waar hij van 1955 tot 1970 directeur is. In 1964 ontvangt René Smeets de B.K.I.-prijs (Bond voor Kunst en Industrie) voor activiteiten ter bevordering van de idee, de opleiding en de theorie van industriële vormgeving en tevens voor zijn publicaties op het gebied van design-kunst-handwerk, volkskunst, vorm, kleur en ornament. Zijn eigen werk bestaat uit keramiek, met name wandborden en tegeltableaus, veel glas-in-lood ramen en wandschilderingen en op latere leeftijd veel reistekeningen, schilderwerkjes en olieverfschilderijen. Hij is de eerste leermeester en grote voorbeeld voor Theo van Rens die in 1968 in zijn voetsporen treedt als bedrijfsleider.